De rechts-nationalistische regering in Hongarije ontketent een culturele oorlog die zich vooral in het ‘te westerse’ Boedapest laat voelen.
De emoties liepen hoog op bij de eerste werkdag van György Dörner bij het Új Színház, het Nieuwe Theater in Boedapest, begin februari. Voor de deur stonden, gescheiden door pakweg tweehonderd man politie, demonstranten en tegendemonstranten tegenover elkaar die elkaar uitscholden voor ‘smerige nazi’ en ’smerige Jood’.
Aanleiding voor het protest was het antisemitisme van de nieuwe directeur. Dörner, wiens benoeming er door de Boedapester burgemeester Tarlós persoonlijk doorheen was gedrukt, ziet het als zijn missie om ‘echte Hongaren’ in zijn theater hun stem terug te geven. Hij wil de strijd aanbinden met de ‘gedegenereerde, zieke, neoliberale Hongaarse theaterwereld’.
De benoeming van Dörner, een acteur die vooral bekend is als stem van Mel Gibson in nagesynchroniseerde films, is zeker niet het eerste, maar wel het meest spraakmakende geval van politiek ingrijpen in het beleid van culturele instellingen in Hongarije. Sinds de rechtse partij Fidesz in 2010 een overweldigende verkiezingsoverwinning behaalde, is in tal van provinciale theaters de leiding gewisseld en waait er een nationalistische wind door het Hongaarse culturele leven.
Nepotisme
Vrijwel alle theaters en musea in Hongarije zijn eigendom van........
KLIK HIER om het hele artikel te lezen !!!